10 november 2021

Shared decision making of samen beslissen: sinds enkele jaren een populair begrip in de zorg. Tijd om de balans eens op te maken. Wat levert het cliënt en zorgverlener allemaal op? Waar liggen nog kansen?

‘Iedere ochtend hadden verzorgenden en verpleegkundigen strijd met een cliënt in ons verpleeghuis. Zodra zij volgens hun planning op een bepaald tijdstip kwamen om meneer te wassen of te douchen, schoot hij in de weerstand. Het leverde zelfs probleemgedrag op. Totdat een collega en ik met hem aan tafel gingen om de situatie te bespreken. Meneer bleek niet gewend te zijn om zich iedere dag te wassen, vond dat ook niet nodig. En op de dagen dat hij wél wilde, zou hij dat liever op een ander tijdstip hebben dan tot nu toe werd gedaan. Samen kwamen we tot nieuwe afspraken die veel beter pasten bij zijn wensen en leefstijl’, vertelt Lianne van Meijeren. Ze is kwaliteitsverpleegkundige in een verpleeghuis, heeft een eigen scholingsbureau en is als auteur bij Noordhoff gespecialiseerd in shared decision making.

Tevreden

Het is een treffend voorbeeld van samen beslissen en wat dat zoal oplevert. ‘Shared decision making is enorm belangrijk. Uit onderzoek blijkt dat cliënten en patiënten tevredener zijn over de zorg die ze krijgen, en dat de therapietrouw toeneemt. Mensen zijn nu eenmaal gemotiveerder een behandeling of gedragsverandering vol te houden als alle voor- en nadelen goed aan ze zijn uitgelegd en zij zelf mochten meebeslissen’, licht Lianne toe. ‘Ook blijkt dat mensen minder angstig zijn voor een behandeling, ondersteuning of medicijngebruik: ze voelen zich beter geïnformeerd en weten waar ze aan toe zijn dankzij samen beslissen. Ik merk zelf ook dat patiënten en naasten hierdoor eerder aan de bel trekken bij vragen of onzekerheden, waardoor je tijdig de beste zorg kunt leveren.’

Meer aandacht

In vergelijking met een aantal jaar geleden is shared decision making nu een ingeburgerde term bij zorgverleners, weet ook Lianne. ‘Er is merkbaar veel meer aandacht voor onder zorgprofessionals. Patiënten en naasten zijn er ook meer op ingespeeld, maar oudere mensen vinden het soms nog wel lastig. Die zijn zo gewend om te denken: de zuster of de dokter weet het wel’, zegt de kwaliteitsverpleegkundige. Ze merkt dat ouderen wel meer openstaan voor een gesprek over keuzes, maar dat ze de echte beslissingen liever aan de dokter overlaten. ‘Over wat ze belangrijk vinden in de zorg en hun leven kunnen ze over het algemeen steeds beter praten; een mooi gevolg van het fenomeen samen beslissen.’

Regie

Volgens Lianne is bij veel verpleegkundigen en verzorgenden het samen beslissen intussen een tweede natuur geworden. ‘Kijken naar wat een cliënt zelf graag wil en hoe je de regie bij hem kunt leggen, is heel gangbaar. Bij wilsonbekwame cliënten stellen we die vraag ook aan de naasten, om toch zo dicht mogelijk bij de wensen en behoeften van de cliënt zelf te komen. Het kost misschien meer tijd om het gesprek aan te gaan en de cliënt echt mee te laten beslissen, maar het levert zoveel op. Zie het als een investering in betere zorg. En uiteindelijk ook in werkplezier’, stelt ze.

Scholing in samen beslissen

Om je nog beter bewust te worden van alle kansen die shared decision making biedt, ziet Lianne een meerwaarde in bijscholing. ‘Veel zorgverleners bezitten de gesprekstechnieken al wel, maar wanneer pas je samen beslissen nou precies toe en hoe doe je dat? In het leerpad Samen beslissen van Noordhoff is theorie en praktijk heel goed aan elkaar gekoppeld; wat je leert kun je meteen toepassen in je werk. De praktijkvoorbeelden helpen om de vertaalslag te maken van theorie naar praktijk. Je kunt je eigen leerweg volgen en als je ‘m samen met je team doorloopt, heb je meteen een mooi gespreksonderwerp en mogelijkheid om als team een verbeterslag door te voeren. Als samen beslissen zelfs doorklinkt in je visie als team en organisatie, is dat ook meteen weer een pluspunt voor nieuwe cliënten en naasten die goede zorg op maat zoeken.’

Meer weten over de inhoud van het leerpad ‘Samen beslissen’? Bekijk de e-learning voor het ziekenhuis, de verpleging- en verzorgingshuizen en de thuiszorg.